Oorsprong |
uit alle Afrikaanse bossen |
bulkdichtheid |
0,55-0,65-0,75 g/cm |
duurzaamheidsklasse |
1-2 |
radiale krimp |
0,13-0,19% |
Tangentiële krimp |
0,25-0,28% |
hout kleur |
goudbruine |
houtstructuur |
grove poriën |
Gebruik |
exterieur constructie |
Iroko, ook bekend als Kambala, verwijst naar zowel Milicia excelsa als Milicia regia uit de Moraceae-familie. Vanwege de beperkte beschikbaarheid wordt dit structuurhout slechts in kleine hoeveelheden in de EU geïmporteerd. De Milicia-soorten zijn grote bomen met eenvoudige, geveerde bladeren die afwisselend en in twee rijen zijn gerangschikt. De bloemen zijn gerangschikt in axillaire, aarachtige bloeiwijzen, waarbij mannelijke bloemen vier meeldraden hebben en vrouwelijke bloemen duidelijk zichtbare stempels. De steenvruchten zijn vlezig en groenachtig. Iroko/Kambala is een van de meest voorkomende houtsoorten in Afrika en wordt gewaardeerd om zijn technische eigenschappen, vooral in de buitenbouw.
Er is echter nauwelijks hout uit FSC®-gecertificeerde bosbouw beschikbaar. Zo zijn grote delen van het savannebos vernield als gevolg van de forse ruwe mest en het gebruik van de houtsoort.
Iroko kenmerkt zich verder door zijn goudbruine hout met een geelwit spinthout. Het kernhout varieert van geelachtig tot groenachtig en wordt donkerder tot een goudolijfbruine tot chocoladebruine tint. De nerf kan recht of afwisselend gedraaid zijn, wat resulteert in een matglanzende decoratieve textuur. Het grofporige hout met opvallend oogvormig opslagweefsel is gemakkelijk te bewerken, maar vertoont door sterke in elkaar grijpende groei mogelijke vezelscheuren. Iroko is geschikt voor buitenbouw dankzij de hoge natuurlijke duurzaamheid, zowel met als zonder aardcontact. Het wordt gebruikt in landschapsarchitectuur, tuinmeubilair, kinderspeelplaatsen, ramen, deuren, wintertuinen, trappen, parket, meubels en zelfs in de scheepsbouw. Het hout is bestand tegen houtaantastende schimmels en insecten.
Bronnen: Hout ABC GD hout, Tropix, Wikipedia